Fondsenwerven tijdens rampen
Waarom we wel aan Sint-Maarten geven en niet aan Syrië
(en de lessen die je daaruit kunt trekken voor je eigen fondsenwerving)
Het leuke van thuiskomen na de vakantie vind ik altijd om alle ‘oude’ kranten door te nemen die liggen te wachten op de deurmat. Soms is nieuws allang vergeten, soms is het nog actueel.
Een van die vergeten nieuwsfeiten kwam ik tegen in de trouw van 10 augustus. De kop luidde:
“Hulpactie voor Syriërs mislukt”
De strekking van het artikel: het Rode Kruis luidde na een week (!) al de noodklok over een actie om geld op te halen voor Syriërs die getroffen zijn door de burgeroorlog. Een week na de start van de actie was er pas 160.000 euro opgehaald. Ze maken in het artikel een vergelijking met de actie voor de ramp in Sint-Maarten, waar in de eerste week al miljoenen euro’s waren opgehaald.
Ja, Nederlanders zijn een vrijgevig volk. Tenminste…
…als een ramp aan bepaalde voorwaarden voldoet.
Waarom trekken we voor de mensen in Sint-Maarten ruimhartig onze portemonnee en besteedt de media er ruim aandacht aan – en blijven voor de actie voor Syrië de knip dicht en de media stil? (De ramp in Syrië wordt ook wel het Europese wegkijken genoemd.)
Hoe onterecht ook, mensen zijn alleen bereid om anderen te helpen als de situatie aan een aantal voorwaarden voldoet. Die beslissing nemen we overigens vooral in ons onderbewuste. Want doneren is een emotionele beslissing. Ik noem hier drie belangrijke voorwaarden die – niet alleen tijdens rampen maar – in elke fondsenwervingssituatie van toepassing zijn.
1. Ik herken me in de situatie
Ten eerste moeten mensen zich kunnen herkennen in de situatie. Dat kan doordat we dezelfde ervaringen hebben gehad, doordat we eenzelfde geschiedenis hebben, eenzelfde religie, dezelfde sekse. Of gewoon omdat we ons verbonden voelen met de ander.
2. Er is een duidelijke ‘vijand’
Daarnaast moet er een duidelijk aanwijsbare ‘vijand’ zijn of iets onrechtvaardigs zijn gebeurd in het leven van het slachtoffer.
3. Mijn hulp levert direct resultaat op
Ten slotte moeten we het gevoel hebben dat onze hulp, ons handelen direct resultaat oplevert. Als we niet direct zien hoe wij vandaag een verschil kunnen maken in het leven van iemand anders, dan komen we niet in actie. Zien we het nut niet.
Waarom we massaal gaven voor Sint-Maarten, maar niet voor Syrië
Kijken we naar de natuurramp in Sint-Maarten dan zien we dat deze ramp voldoet aan deze voorwaarden. Er is herkenning: we kennen Sint-Maarten als deel van ons. Maar ook als vakantiebestemming, Er is een duidelijke vijand: de natuurramp. En tot slot konden we met onze donatie direct mensen helpen: tenten, water, medicijnen.
Kijken we vervolgens naar de ramp in Syrië, dan zie je een ander verhaal. Het is ver weg in een onbekende regio met onbekende volken. De mensen daar hebben een andere religie dan die van de gemiddelde donateur. Er is geen duidelijke vijand; iederéén daar lijkt ‘slecht’. En het conflict is zo ingewikkeld en lijkt zo onoplosbaar dat wij niet zien hoe wij daar direct kunnen helpen.
Wat voor hulpacties bij rampen geldt, geldt ook voor ‘gewone’ fondsenwerving.
Goede doelen zijn vaak bezig met tientallen mooie projecten. Ze zijn daar – terecht – enthousiast over. En willen al deze mooie projecten graag delen met hun donateurs.
Maar dat is niet altijd zo een goed idee.
Zoals het niet voor alle rampen lukt om donaties te krijgen, lenen niet al je projecten zich voor fondsenwerving. Het is daarom raadzaam om goed te kijken naar wat je donateur wil horen en waarmee je hem raakt, in plaats van wat jij ze wilt vertellen.
Hoe vertaal je dit naar effectieve fondsenwerving?
Ook al doe je veel meer: kies in al je fondsenwering voor dat ene duidelijke verhaal.
Een project dat zich leent voor effectieve fondsenwerving voldoet grofweg hieraan:
– Het project moet simpel uit te leggen zijn. Dus vertel over een kind dat honger heeft in plaats van over het “infant nutricion program”.
– Het probleem is urgent en door de donateur op te lossen. Dus vertel dat ik vandaag met mijn donatie het leven van een kind kan redden, door een maand lang te eten kan geven. In plaats van te vertellen dat ik het programma kan ondersteunen om het aantal ondervoede kinderen met 4,5% te verlagen in vijf jaar tijd..
– Er moet een duidelijk aanwijsbare vijand zijn. Dus vertel over de vader die doet wat hij kan voor zijn gezin, maar dat door droogte en overstromingen al twee jaar lang de oogsten zijn mislukt. In plaats van te vertellen over de moeilijke en langdurige projecten om de regeringen mee te krijgen. Corruptie te bestrijden en de basiskennis over landbouw in het land te verhogen.
– We moeten ons kunnen herkennen. Vertel het verhaal van een moeder die elke dag meer dan haar best doen om haar kinderen zonder honger naar bed te laten gaan. In plaats van alle details van het “infant nutricion program” te vertellen.
Een mooi voorbeeld vind ik Operation Smile uit Amerika (www.operationsmile.org). Zij helpen kinderen met een open gehemelte in de derde wereld. En ja, ze doen veel meer. Voorlichting, begeleiding bij zwangerschap, opleiden van artsen. Het opzetten van schoolprogramma’s. Het bestrijden van stigma’s en uitsluiting. Maar in al hun fondsenwerving kiezen ze duidelijk voor dat ene duidelijke verhaal: geef een operatie en geef een kind zijn glimlach terug.
Tot slot: hoe halen we wel geld op voor de mensen in Syrië?
Is er een oplossing om voor de mensen in Syrië meer geld op te halen? Ik vrees dat het verschil tussen de ene en de andere ramp altijd zal blijven. Wat wel helpt is om ook bij deze ramp verhalen te vertellen van moeders en kinderen met dezelfde angsten en wensen als wij. En het probleem te vertellen in de vorm van een klein, concreet en oplosbaar onderdeel. Ik hoef niet de oorlog op te lossen, maar kan wel een andere moeder helpen aan een veilig plekje voor haar kinderen. Want dat verdient ieder kind, toch?
Succes met de wereld een beetje beter maken.
Bas van Breemen
Creatief Directeur Mindwize
Wil je de mogelijkheden bespreken voor de inzet van telemarketing voor jouw organisatie?
Neem dan contact met ons op